Dit document is een essentiële formaliteit in een euthanasieprocedure. Het is namelijk het schriftelijk bewijs aan de hand waarvan een arts kan aantonen dat er gehandeld werd op uitdrukkelijk verzoek van de patiënt. Het maakt onlosmakelijk deel uit van het medisch dossier.
Een andere term die gebruikt wordt is “Actueel verzoek”, en deze drukt misschien nog beter uit waar het hier om gaat: het verzoek wordt pas geschreven wanneer er sprake is van een euthanasieprocedure (actueel) die gestart wordt en kan dus niet – zoals wel het geval is bij een wilsverklaring – lange tijd op voorhand opgemaakt worden.
In geval van een niet-terminale problematiek voorziet de euthanasiewet in een wachttijd van een maand tussen het verzoek en de uitvoering van de euthanasie. Deze maand wachttijd wordt geobjectiveerd aan de hand van de datum waarop het schriftelijk werd opgemaakt.
Het schriftelijk verzoek kan zeer kort gehouden worden en mag in feite op eender welk stukje papier. Het dient eigenhandig geschreven te worden en moet minimaal de tekst ‘ik wil euthanasie’ bevatten, evenals de datum van het verzoek, de naam en de handtekening van de verzoeker. Er moet ondubbelzinnig uit kunnen afgeleid worden dat de patiënt op een bepaald moment in de tijd een euthanasiewens heeft.
Indien de patiënt hier niet meer toe in staat is – bijvoorbeeld door verlamming of door zwakte – mag een ander dit verzoek opmaken op uitdrukkelijk verzoek van de patiënt. Let wel: het dient een persoon te zijn die geen materieel belang heeft bij het overlijden van de patiënt (dus geen erfgenaam). Het verzoek wordt in deze situatie geschreven vanuit de derde persoon, en het dient opgemaakt te worden in aanwezigheid van de patiënt en de behandelend arts.
Deze laatste voorziet op zijn beurt in een medisch attest waarin beschreven wordt welke de reden is waarom de patiënt het verzoek zelf niet kan neerpennen én het bevat tevens de naam van de opmaker van het verzoek.
Hier vind je een voorbeeld van een schriftelijk verzoek